
In dit sterfelijke leven vergeten we soms wat onze plaats is in het koninkrijk van de Heer. Soms lijkt onze roeping zo klein en onbeduidend. Als u deze gevoelens ooit gehad hebt als hoofd indexering van de ring, kan iets wat ik hier te vertellen heb u misschien een ander inzicht geven.
Indexeren is essentieel
In een brief van het Eerste Presidium uit het begin van 2012 stond: ‘De leden worden aangemoedigd om deel te nemen aan FamilySearch-indexering, wat [van vitaal belang] is voor familiegeschiedenis en tempelwerk.’ (Brief van het Eerste Presidium, 29 februari 2012; cursivering toegevoegd.)
Dat woord ‘vitaal’ is interessant. U denkt misschien dat het ‘essentieel’ of ‘belangrijk’ betekent, en dat is ook zo, maar het betekent ook ‘energiek’, ‘krachtig’ en ‘levendig’.
Indexeren stimuleert het familiehistorisch werk en maakt het levendig. Het brengt grote hoeveelheden familiegegevens die we hebben ontdekt binnen het onmiddellijke bereik van van iedereen, of men al ervaring heeft met familiehistorisch onderzoek of niet.
Denk eens aan al die mensen wiens hart zich wendt (zie Maleachi 4:5–6 en Leer en Verbonden 2:1–3) als ze, soms voor de allereerste keer, echt historisch bewijs zoeken en vinden van het bestaan van hun voorouders. Kunt u zich herinneren hoe u zich voelde toen u voor de eerste keer een volkstellingsdocument of huwelijksakte zag met de namen van uw voorouders? Indexering maakt dat dagelijks in een oogwenk mogelijk voor duizenden mensen over de hele wereld.
Die ervaringen waarbij ons hart zich wendt, zorgen ervoor dat we meer willen weten, dat we onze voorouders echt willen kennen. Als leden motiveert dat ons om tempelwerk voor onze voorouders te doen, zodat ze bij onze eeuwige familie kunnen horen. Indexeren wakkert dit vonkje van verlangen aan om meer te willen weten en meer te willen doen.
Brokje steenkool of schitterende diamant?
Als dat de enige zegeningen waren die verbonden zijn met indexeren, zou dat al voldoende zijn, maar onze liefdevolle en wijze hemelse Vader wilde dat er geen eind kwam aan de zegeningen van het indexeren. Als u zelf al eens hebt geïndexeerd, weet u wat ik bedoel. Indexering is wie naar voorouders zoekt tot zegen, maar het is ook de indexeerders en arbiters tot zegen, want het wendt hun hart tot hun familie en de tempel.
Wie anders dan onze hemelse Vader kon zo’n geweldig geschenk voor zijn kinderen bedenken? En ironisch genoeg lijkt indexeren, voor wie het nog nooit gedaan heeft, niets meer dan wat gegevens invoeren. Onze hemelse Vader heeft een schitterende diamant vermomd als een eenvoudig brokje steenkool!
Is uw werk als hoofd indexering van de ring dan belangrijk? Zeker weten! De Heer heeft u nodig om de leden van uw ring te laten inzien dat indexering een vermomde diamant is en ze de zegeningen ervan te laten ontvangen.
Indexeren is van vitaal belang. En u bent van vitaal belang voor dit werk. U biedt mensen deze ervaringen. U leidt hen naar de tempelverordeningen. En zo werkt u mee aan het heilige werk van onze hemelse Vader om ‘de onsterfelijkheid en het eeuwige leven van de mens tot stand te brengen’ (Mozes 1:39).
We wensen u vreugde in het grootmaken van uw belangrijke, bijzondere roeping.–Ouderling Dennis C. Brimhall